2010

Downshiftend door de crisis

Met de feestdagen op komst lopen mensen al snel tegen de grenzen van hun eigen koopgedrag aan. Financiële grenzen zijn helder: je hebt een budget per persoon en een eindig banksaldo. Maar hoe zit het met milieugrenzen? Wanneer gaat je ecologische voetafdruk knellen? Kun je al consumerende bijdragen aan een beter milieu? En, een niveau hoger: worden mensen gelukkig van kopen? Twee gasten zijn in dit soort vraagstukken gespecialiseerd: Jeanine Schreurs en Gert Spaargaren.

Schreurs is net twee weken voor het Milieucafé - op de 11de van de 11de - gepromoveerd aan de Universiteit van Maastricht. Haar proefschrift getiteld 'Leven met minder – Perspectieven voor duurzaamheid', gaat in op de vraag die sinds de recessie hoogst actueel is: hoe gaan Nederlanders om met een plotselinge en forse inkomensdaling. Waarom dat onderzoek? luidt de eerste vraag.

Schreurs aarzelt geen moment: omdat de vraag naar minder consumeren een essentiële milieuvraag is. "Er wordt al heel lang om hete brij heen gedraaid. Daarom besloot ik om de koe maar eens bij de hoorns te vatten en de vraag rechtstreeks te stellen. Het had overigens niets te maken met mijn persoonlijke financiële situatie, mocht iemand dat denken."

Carnaval
De 11 de van de 11de is wel een merkwaardige dag om te promoveren, zeker in Maastricht. Het is de start van het carnavalsseizoen. Schreurs weet eerst te melden dat het ook gaat om de wapenstilstandsdag. "Ik vond het wel een toepasselijke dag om de patstelling te doorbreken tussen enerzijds wél kopen om de economie te redden, en anderzijds níet kopen om het milieu te sparen." Het blijkt een afleidingsmanoeuvre want qua datum heeft een promovendus niets te kiezen. "De datum viel mij toe."

Gert Spaargaren werkte vroeger aan de Universiteit van Tilburg maar tegenwoordig is hij hoogleraar Duurzaamheid in Wageningen. Hij vindt de bekende overheidscampagnes die gericht zijn op gedragsverandering weggegooid geld. Of het nou gaat om een beter milieu, gezonder leven of veilig vrijen. Spaargaren houdt zich bezig met duurzame consumptie. "En dat is niet hetzelfde als individueel duurzaam gedrag. Dat zeg ik bewust. Mensen zijn niet als individu verantwoordelijk voor milieuproblemen. Je kunt als overheid wel roepen 'Een beter milieu begint bij jezelf' (de bekende draaggolfcampagne van het ministerie van VROM uit de jaren negentig – red.), maar wat moet je daarmee als consument? Stel dat je het ermee eens bent en je wilt wat veranderen. Hoe en wat en waar moet ik dan beginnen? Daar liet de overheid het afweten en ik vind dat niet juist. Je mag wel een appèl doen op mensen mits je eerst zorgt voor een fatsoenlijk groen aanbod. Zowel in kwaliteit als in kwantiteit. Op die manier stel je burgers in staat om hun verantwoordelijkheid te nemen."

Spaargaren beseft dat er altijd voorlopers zullen zijn maar dat is maar een kleine groep. "Wil je echt wat veroorzaken dan moet je je richten op de doorsnee consument." Wat dat betreft zijn de omstandigheden voor een succesvol milieubeleid een stuk beter dan pakweg 10 jaar geleden. "Op dit moment zie je veel duurzaam aanbod in de winkels. Mensen kunnen dus niet meer achterover leunen."

Hoe kijkt Spaargaren aan tegen het verbod van de klassieke gloeilamp? Hij vindt het een slechte zaak. Consumenten moeten volgens hem iets te kiezen hebben. "Dwang is geen duurzame ontwikkeling. Duurzame gedragsverandering bereik je alleen als mensen meedoen. Niet door hen het mes op de keel te zetten."

Kwaliteit van leven
Terug naar Jeanine Schreurs. Wat is de belangrijkste conclusie van haar wetenschappelijk proefschrift? De vraag blijkt te leiden tot puffen en zuchten, hoewel ze hem heeft zien aankomen. Want er zijn zoveel conclusies en nuances. Maar ze vindt één inzicht er wel uit springen: Dat het effect van veel minder geld te besteden hebben, eigenlijk een non-vraag is. "Geld is een middel, geen doel", zegt ze nu. "Consumptie is geen doel op zich. De vraag moet eigenlijk zijn: wat is de kwaliteit van leven?"

Gert Spaargaren en Jeanine SchreursBetekent dit dat het cliché van geld maakt niet gelukkig, klopt? Fout, zegt Schreurs. Dat is hetzelfde non-issue. Het gaat niet om geld. Dat is relatief. "Heb je voldoende mogelijkheden om je leven in te richten, dáár gaat het om. Uiteraard speelt geld daar een rol in maar het is niet de bepalende factor." Het nieuwe kabinet kan dus niet concluderen dat lagere lonen goed zijn voor mensen. "Ik heb ontdekt dat een teruggang in inkomen positieve ervaringen kan opleveren. Maar je kunt het niet omkeren. Zo van: maak mensen maar gelukkig door hen geld af te pakken. Zo werkt het niet. Mensen krijgen positieve gevoelens als ze alternatieven ontdekken. Soms vinden ze ander werk, of gaan ze iets studeren. Anderen krijgen meer vrije tijd en waarderen dat."

"Qua effect is het zogeheten downshiften wel goed voor het milieu", concludeert Schreurs. "Vrijwillige downshifters zijn mensen die ervoor kiezen - een minderheid. De laatste tijd is er de groeiende groep van onvrijwillige downshifters als gevolg van de crisis. Ook bij die groep blijkt de tevredenheid te groeien als het daadwerkelijk lukt de tering naar de nering te zetten. Men voelt zich een betere burger."

Gert Spaargaren vindt het een mooi proefschrift. Hij ziet het downshiften breder. Het gaat ook over het terugdringen van de milieubelasting in de productieketen. Duurzame producten ontwikkelen is belangrijk. En ook daar kunnen consumenten invloed op uitoefenen: "Vorig jaar hadden we een landelijke chocoladediscussie. Mensen waren op zoek naar slaafvrije chocola, in navolging van de Keuringsdienst van Waarde. De industrie claimde dat er simpelweg onvoldoende fair trade chocolade was. Oxfam is daarna een actie gestart, en het resultaat is indrukwekkend. Dit jaar zijn 23 van de 25 miljoen verkochte chocoladeletters van duurzame herkomst. Consumentenmacht kan dus worden ingezet om duurzamere productie af te dwingen."

Schreurs vindt dit ook een mooi resultaat, maar in haar ogen is niet niet voldoende. Terugdringen van hyperconsumptie blijft in haar optiek onvermijdelijk. In Limburg zie je aardige initiatieven. Zo zijn in Landgraaf consuminderkringen gestart voor gedwongen downshifters met schuldproblemen. Eigenlijk is het een kwestie van educatie: mensen leren goed met hun geld om te gaan. En hen oog laten krijgen voor een groenere levensstijl, en het bevorderen van de kwaliteit van leven. Wat weer leidt tot de hoe-vraag: hoe zorg je dat goede ideeën leiden tot een andere praktijk? Spaargaren ziet wel wat in een CO2-quotum voor huishoudens of individuen. Blijf je eronder, prima; ga je eroverheen, dan moet je bijbetalen. "Dit gaat echter wel heel ver", nuanceert hij. "Ook voor de wetenschappers is dit nog te vroeg."

Nu het Rijk zich terugtrekt komt er meer verantwoordelijkheid bij gemeenten te liggen. Zij kunnen hun beleid vergroenen en lokaal groene markten stimuleren. Gert Spaargaren kent er al goede voorbeelden van: een netwerk van groene steden, de aanleg van fietsroutes, het uitdelen van gratis spaarlampen. Jeanine Schreurs is enthousiast over het Agroconvenant London. "Tussen nu en 2025 is de ambitie om 80 procent van de voedselconsumptie te laten verzorgen door tuinders uit nabije omgeving", besluit ze. "Dat is nog eens goed voor economie en milieu." Ze oogst er een spontaan applaus mee.


Volgend artikel: Liesbeth van Tongeren: 'Vuile energie wordt zwaar gesubsidieerd'

Gert Spaargaren en Jeanine Schreurs
Jeanine Schreurs
Gert Spaargaren
Frans Post, Michel Jehae, Gert Spaargaren en Jeanine Schreurs

Foto’s: Wendy Presser

Verslag: Hans van den Berk