2015

Ontsporende treinen

De geschiedenis herhaalt zich

Het Milieucafé houdt er niet van om gelijk te krijgen, maar gelet op het laatste item dat op 27 maart 2015 op de agenda staat moeten we helaas constateren dat dat opnieuw is gebeurd. Al zeven jaar waarschuwen we voor de giftreinen die door Tilburg rijden. “Dat gaat niet goed”, zeiden we in 2007 tegen kamerlid Ruud van Heugten. “Is Tilburg voorbereid op een gifongeluk?”, vroegen we na Moerdijk in 2011 aan de brandweer. In 2014 nog spraken we met wethouder Erik de Ridder over het treinongeluk in het Belgische Wetteren.

Vanavond moeten we het opnieuw over deze giftreinen hebben. Het zal niemand in de zaal ontgaan zijn dat Tilburg op 6 maart het toneel was van een botsing tussen een personentrein en een goederentrein gevuld met gevaarlijke stoffen. Hoe heeft dit kunnen gebeuren en hoe kan een dergelijk ongeval in de toekomst worden voorkomen? We praten hierover met wethouder Mario Jacobs, Tweede Kamerlid Duco Hoogland (PvdA) en Harry Killaars van de regionale brandweer.   

Gevraagd naar zijn persoonlijke verbondenheid bij het ongeluk antwoordt het Tweede Kamerlid dat hij zelf in Katendrecht woont, onder de rook van de petrochemische industrie. Hij weet dat het, als er iets mis gaat, dit ook goed mis gaat. Brandweerman Harry Killaars licht –wanneer hij wordt gevraagd naar zijn rol bij het ongeluk- toe dat hij als veiligheidsofficier zorgt voor de veiligheid van alle manschappen van alle hulpdiensten. Daarbij dient hij ervoor te zorgen dat iedereen veilig thuis komt.  Wethouder Jacobs is naast natuur en verkeer ook verantwoordelijk voor de externe veiligheid. “Vanuit dat oogpunt voel ik me verantwoordelijk voor de veiligheid van de Tilburgers.” Hij is in deze optiek meer betrokken bij het voorkomen van rampen en het externe veiligheidsbeleid, want als het eenmaal misgaat komt de burgemeester in stelling. 

LPG of butadieen?
Ter zake. Op de avond van het ongeval kregen omwonenden eerst een bericht dat er LPG in de trein zat, later pas bleek het om butadieen te gaan. Wie weet nu eigenlijk wat er in de treinen zit?

Killaars: “Wij weten pas wat er in de trein zit als wij hebben gekeken naar het UN-nummer dat op de trein aanwezig is.” Elke stof heeft een eigen nummer, en via een app kan de heer Killaars zien om welke stof het gaat.  Het nummer voor butadieen kent hij inmiddels uit zijn hoofd.

Presentator Post wijst erop dat het gemiddelde vervoerbedrijf in een oogwenk op de iPad kan zien welke stof er in een vrachtwagen zit en waar zijn vrachtwagen is. Waarom is de brandweer dan toch zo afhankelijk van het nummersysteem? Killaars merkt op dat ze pas twee jaar met een iPad werken en dat de zaken met heel eenvoudige hulpmiddelen ook te regelen zijn. Vroeger gebruikte men hiervoor een chemicaliënboek met 1200 pagina’s, waarin alles stond, dat werkte toen ook prima.

Een uur na het ongeluk werd er in een NL-alert echter nog gesproken van LPG in plaats van butadieen. Hoe kan dit gebeuren? Killaars legt uit dat butadieen een broertje van lpg is; het ruikt hetzelfde, heeft dezelfde chemische structuur. Een witte wagon met een oranje band bevat altijd vloeibaar gas. Hierdoor is in eerste instantie verwarring ontstaan. Hij geeft toe dat een systeem zoals de vervoerbedrijven gebruiken op zich welkom zou zijn.

Wie kan er echter voor zorgen dat er een dergelijk systeem komt? In zo’n geval wordt naar de Tweede Kamer gekeken. Het woord is aan Duco Hoogland.

Hoogland: “Waar het natuurlijk om gaat is dat informatie goed ontsloten wordt, en niet alleen voor de brandweer. Als je aan het spoor woont, moet je inzicht kunnen hebben in wat er langs mijn deur rijdt.” De Tweede Kamer heeft voorstellen gedaan om deze informatie meer openbaar te maken. Dit levert echter ook bezwaren op, want er zijn ook mensen die informatie over welke gevaarlijke stoffen door Nederland rijden voor kwade doelen willen gebruiken.

Presentator Post wijst op het ongeluk in Wetteren, waarbij ook doden zijn gevallen, en lange tijd onduidelijk was wat er in de trein zat. Is hier geen les uit getrokken? Volgens de brandweerman is de les al getrokken vóór Wetteren. Er is een geautomatiseerd systeem in werking dat elke trein met gevaarlijke stoffen die door Nederland rijdt in een databank vat. De samenstelling van elke trein is bekend, en deze lijst heeft men snel tot de beschikking als er een incident is. Dit gaat echter alleen op als er daadwerkelijk een incident is. “Als u aan mij vraagt: ‘straks rijdt er een trein langs, weet u het dan wel?’, dan weet ik het niet en ik wil het niet weten ook”, aldus Killaars. Op de avond zelf was de eerste inschatting op basis van de witte wagon met de band en de geur dat het om LPG ging. Na een kwartier is men nadere info gaan verzamelen. “Binnen drie kwartier was bekend dat het geen LPG was maar butadieen.”

De Tilburgse wethouder vindt het zeer onwenselijk dat het zo lang duurt voor er duidelijkheid is. Op zulke momenten gaat het om snelheid. “Je moet weten wat er in zo’n wagon zit, wil je goed kunnen optreden.” Jacobs verwijst naar een motie die vorige week is aangenomen waaruit volgt dat de staatssecretaris moet gaan aangeven welke trein wanneer en met welke stoffen door welke plaats rijdt. 

Hoe lang gaat het dan duren voor we volledig inzicht hebben in de inhoud van de treinen? Duco Hoogland nuanceert dat hij geen bestuurder is en niet over alle informatie beschikt. Hij voegt toe dat deze informatie weliswaar een veilig gevoel geeft, maar als er een ongeluk gebeurt gaat het hoe dan ook mis. “Dat kan gebeuren, we moeten elkaar ook geen mooie verhalen vertellen. Het kan gebeuren. Het kan hier gebeuren, in Rotterdam, Den Haag. Het kan overal gebeuren.” Hij benadrukt dat de kans op een ongeluk zeer klein is. We hebben gelet op alle veiligheidsregels de boel behoorlijk goed op orde. “We moeten elkaar dan ook niet gek maken dat er een constante dreiging is dat er van alles gaat ontploffen.”

ATB-systeem
Hoogland zoekt een oplossing in de versterking van het ATBvv systeem. Dit is een vrij onbekend systeem dat treinen automatisch stopt wanneer ze door rood rijden.

Presentator Michel Jehae wijst er op dat er in 2007 door Ruud van Heugten ook al naar de ATB werd verwezen als oplossing. Inmiddels zijn we acht jaar verder en is dit systeem er nog steeds niet van gekomen. Mario Jacobs heeft een brief gestuurd naar de Tweede Kamer waarin hij pleit voor de aanleg van het ATB-systeem.  

Jacobs ligt toe: “Als je kijkt naar de hele Brabant-route dan is 80 procent voorzien van dat systeem. Dat betekent 20 procent dus niet.” Er wordt gezegd dat het bij die 20 procent gaat om lage risico-zones, maar in zijn optiek blijkt uit het recente ongeluk dat het ook in lage risico zones mis kan gaan.

Presentator Post is verbaasd dat het centrum van onze stad een lage risico zone is.  Wethouder Jacobs legt uit dat de betreffende wissel relatief weinig wordt gebruikt en daarom onder laag risico is geschaard. In zijn brief pleit hij ervoor om het systeem op alle plaatsen in te voeren. Het feit dat de kans op een ongeluk klein is, maakt de gevolgen van een ongeluk niet kleiner. In 2007 en in 2015 ging het op haast dezelfde plek mis: Jacobs schat de kans op het winnen van de lotto groter.

Hoogland vindt dat voor een bestuurder van een stad geen verstandige opmerking. “Zo’n ATB systeem lijkt misschien ‘the holy grail, maar we moeten elkaar niet gek maken. Als je dat overal in Nederland neerlegt, moet je daar honderden miljoenen voor uittrekken. Als je het op de Brabantroute doet, heb je tientallen miljoenen nodig.” En dan? Hoogland heeft ook meegemaakt dat het systeem er wel lag maar niet werkte. In de Tweede Kamer is ook gedacht over het aanleggen van een tweede systeem naast de ATB. “Dat is een veiligheidsobsessie waar ik wel voor wil waken. Er moet gekeken worden naar de Brabantroute, maar we moeten ook niet elkaar gek maken.”

Mario Jacobs reageert gepassioneerd. “Ik vind het grote flauwekul als u zegt dat u daar als bestuurder niet in moet meegaan. Ik voel mij verantwoordelijk voor de burgers van deze stad en dat gaat heel ver.” Voor Jacobs hoeft het systeem niet over heel Nederland te worden uitgerold, maar op het spoor waar veel gevaarlijke stoffen overheen gaan. In zijn optiek speelt emotie ook een rol naast ratio. Op het moment van het ongeluk fietsten zijn eigen  vrouw en zoontje precies langs het punt waar de treinen botsten. Als bestuurder mag en moet je niet kil zijn. Hij oogst applaus uit de zaal.  

Rampenplan
Presentator Jehae wil weten wie er regie heeft over de totstandkoming van het Rampenplan en wie er zorgt dat er snel iets geregeld wordt als het misgaat? In principe ligt dit bij Veiligheidsregio c.q. de brandweer maar in eerste instantie verliep onder meer de afzetting van het terrein en het ontruimen van de trein nogal chaotisch.  Killaars vindt dat hij dit verkeerd ziet. 10 tot 12 minuten na het ongeluk krijgt de meldkamer bericht dat er iets misgaat, dan komt men in actie. Met betrekking tot het niet uit laten stappen van de reizigers zegt Killaars dat de NS verantwoordelijk is voor haar reizigers. Op het moment van het ongeluk stond het spoor onder spanning, aangezien er ook nog andere treinen reden.  Daarom moesten reizigers in de trein blijven. Dit is in zijn optiek een logisch besluit.

Wethouder Mario Jacobs zegt dat het rampenplan altijd beter kan, maar dat de hulpdiensten over het geheel goed werk hebben geleverd.  Hij ziet het ongeluk als een leermoment.

Betuweroute
Hoe komt het nu eigenlijk dat de giftreinen door Tilburg komen? Op de Betuweroute kan momenteel minder worden gereden, omdat hieraan tot 2022 werkzaamheden plaatsvinden. Treinen die over de Betuweroute reden moeten nu dus door Brabant. Maar is dit werkelijk nodig?

Het Tweede Kamerlid zegt dat het mede van de bestemming afhankelijk is.  “Als ze naar het zuiden moeten, dan kan het zijn dat de Brabantroute gebruikt wordt.” Er moet in zijn optiek meer dwang op komen bij bedrijven om toch waar mogelijk de Betuweroute te gebruiken. De Staatssecretaris is de aangewezen persoon om deze dwang uit te oefenen, en zij heeft er een convenant over afgesloten; hiermee wordt ernaar gestreefd treinen vaker te bundelen en vaker over de Betuweroute te sturen. Je kunt wel zeggen dat álle giftreinen over de Betuweroute moeten, maar dat is onhaalbaar. “Ik ga hier geen zoete broodjes bakken van: er komt geen enkele giftrein meer door Tilburg, want dat kan ik niet waarmaken. Het is altijd balanceren tussen belangen van veiligheid en van industrie.”

De brandweerman zegt dat hierover veel discussie is gevoerd in het kader van het Basisnet. De huidige hoeveelheden die over het Brabantnet gaan zijn noodzakelijk voor de procesindustrie in Zuid-Nederland. De meeste giftreinen over het Brabantnet moeten naar Limburg.

Wethouder Mario Jacobs erkent dat je er niet omheen kunt dat daar giftreinen heen gaan. Wel moet je als gemeente rekening houden met de externe veiligheid en de Staatssecretaris vragen het spoor zo veilig mogelijk maken. Zijn inzet is niet om minder giftreinen te laten rijden, maar om zoveel mogelijk naar de Betuweroute te duwen. Tot die klaar is, dient er een maximale externe veiligheid langs de Brabantroute in acht te worden genomen.  Een alternatief is er niet.

In het voorjaar 2014 heeft Staatssecretaris Mansveld gesteld dat er in het najaar een voorstel zou komen over hoe om te gaan met de tijdelijke veranderingen in de Betuwelijn. Volgens Hoogland is dit rapport er gekomen: hieruit volgden de eerder genoemde maatregelen van bundelen van treinen en routedwang voort.  Die afspraken zijn gemaakt en aan de Kamer gestuurd.

Kunnen we op dat gebied nog andere ontwikkelingen verwachten? Wethouder Jacobs zegt te blijven lobbyen. We zijn hierin misschien wat braver dan de Groningers, maar hij heeft de indruk dat de lobby vruchten afwerpt. Moties worden aangenomen, de Staatssecretaris reageert positief. Hij wil graag even afwachten hoe ze de brief beantwoordt.  “De sense of urgency is nu wel degelijk aanwezig. Het is jammer dat er een ongeluk moest gebeuren voordat je daar meer besef bij krijgt.”

Vragen uit de zaal
Dat een onderwerp als de giftreinen leeft onder de Tilburgse bevolking, blijkt wel uit het aantal vragen dat vanuit de zaal wordt afgevuurd.

Een meneer in het publiek merkt op dat vervoer per trein niet de enige optie is. Veel kan namelijk ook over water. Harry Killaars zegt dat reeds meerdere modaliteiten worden gebruikt. Buisleidingen onder de grond zorgen voor 90 procent van het vervoer. Kamerlid Hoogland vindt dat als je andere middelen kan gebruiken je dit ook moet doen. Niet alle locaties zijn echter hiervoor geschikt.

Een tweede meneer vraagt of het gemeentebestuur kan bijdragen aan de passieve veiligheid in de zin van extra informatie voor omwonenden van het spoor. Drie weken geleden wisten veel Tilburgers niet wat ze moesten doen. Killaars verwijst naar een app die in ontwikkeling is die specifieke informatie kan geven aan omwonenden. Bejaarden hebben hier echter niet veel aan.

Een derde meneer vraagt waarom niet is begonnen met een nieuw Europees systeem in plaats van het oude ATB-systeem.  Hoogland is van mening dat het nieuwe systeem vaak niet goed werkt. “Het is leuk om een Europese standaard te hebben, maar het moet wel goed werken.” Zijn voorkeur ligt bij het verbeteren van het oude systeem.

Voormalig PvdA-raadslid Tine van de Weijer tot slot wil weten hoe het zit met de mensen die geen smartphone hebben. Worden die dan niet op de hoogte gesteld bij calamiteiten? Harry Killaars vermeldt dat de brandweer bezig is met een pilot in Roosendaal, Zevenbergen en Moerdijk. Hier wil men gebruik maken van netwerken om mensen te bereiken bij een calamiteit. Hierbij kan gedacht worden aan buurtpreventie, buurtverenigingen. Het gaat om het beter bereiken van mensen onderling. 

 


Volgend artikel: Milieucafé 11 juni 2015

Frans Post, Michel Jehae, Duco Hoogland, Harry Killaars en Mario Jacobs

Duco Hoogland

Duco Hoogland, Harry Killaars en Mario Jacobs

Mario Jacobs

Duco Hoogland, Harry Killaars en Mario Jacobs

 


Foto's: Wendy Presser

Verslag: Marcel de Laat