2017

Ko de Laat

Subtiele observaties met humor

Ko de Laat (Goirle 1969) noemt zich dichter, performer en presentator. Ko begon met het schrijven en uitgeven van het blad Tegengas (1989-1993). Van 1991 tot en met 2010 bracht hij jaarlijks een dichtbundel uit. Verder schreef Ko mee aan vijf edities van de Tilburgse Revue en hij is ook theaterrecensent voor het Brabants Dagblad. Voor die krant schreef hij eveneens columns over de Tilburgse kermis en de carnaval (1997-2002). In 2003 schreef hij een biografie over zijn oudoom August de Laat (in de reeks Brabantse Biografieën). En in 2015 organiseerde hij, ter gelegenheid van zijn zilveren dichtersjubileum, een compleet Ko de Laat-festival in cultureel centrum Jan van Besouw in Goirle.

Ko heeft kortom karrevrachten aan publicaties op zijn naam staan en hij is zeer actief op Facebook. Deze keer houdt hij het vooral bij het voorlezen van een paar columns. De Laat blijkt een kiene en subtiele observator. Maar hij begint met een stopwatch in te drukken "want hij kent zichzelf". Hij vindt het woord karrevrachten wel een goede typering: "Dan heb je dus ook dingen liggen over stadsnatuur."

Hij vervolgt met een schets over de Besterdring. Soms gebeuren er dingen die je nauwelijks kunt geloven. Op een zomerse dag die niet zomers aanvoelde, steekt een man over met een rollator. Bovenop de rollator zitten twee papegaaien – levende! Een surrealistische verschijning. De ara's zitten los en blijven gewoon zitten. De Besterdring doet onverwacht sprookjesachtig aan.

Een tweede verhaal na de pauze heet 'Streetwise'. Ook dit blijkt een observatie met oog voor detail en humor. Het gaat over een duif op perron 2 van het station. De duif is een kontje van een verdwaalde frikandel op het spoor. Iedere keer dat de duif ervan pikt, verspringt zijn middagmaal. Ja het valt niet mee om van de vloer te eten... Bovendien moet het beest voortdurend lopende mensen ontwijken maar het blijft onverstoorbaar doorgaan. Ko had eigenlijk nog nooit een duif vlees zien eten. "Maar veel vlees zit er ook niet in een frikandel."

Ko sluit af met een gedicht over Kermismeiden. Want als hij denkt aan verboden vruchten, komt hij altijd bij de Tilburgse Kermis uit. Waar onbenaderbare meiden schaars gekleed langs de terrassen paraderen.

 


Volgend artikel: Hans d'Olivat


Foto's: Wendy Presser

Verslag: Hans van den Berk