2013

Natuurlijk voor het CDA

Peter van Wijmen over de Brabantse natuur

Hij heeft een indrukwekkend CV. Jarenlang was hoofdgast Peter van Wijmen bestuursvoorzitter van het Brabants Landschap. Maar hij was ook advocaat, hoogleraar natuurbeschermingsrecht, Tweede Kamerlid voor het CDA, rechter, en voorzitter van de Brabantse Milieufederatie. En dan ook nog Nederlands Staatsraad in buitengewone dienst, en niet te vergeten Kamerheer van de Koningin. En nou staat deze zwaargewicht zomaar in het Milieucafé...

De aanleiding om Peter van Wijmen te vragen is eenvoudig. Hij heeft een boek gepubliceerd: 'Natuur, Milieu en Landschap, de cirkel rond' | 40 jaar natuurbehoud en milieubeheer - 80 jaar Brabants Landschap. Daarin blikt hij terug op zijn ervaringen. En daar zijn we best benieuwd naar.

Van Wijmen haast zich om zijn curriculum vitae te relativeren: van de meeste functies is niets meer over, het is allemaal verleden tijd. Zijn hart ligt bij natuur en landschap maar hij studeerde Nederlands recht. "Iedereen werd advocaat dus dat deed je dan. Uiteindelijk vond ik het wel een leuke omweg om de natuurbescherming te bevorderen door rechtszaken te voeren."
Hij noemt zichzelf expres lid van CDA. "Nu kan ik heel veel zeggen. Als ik eruit stap gaat dat niet meer."

Leuke beesten
De oud-voorzitter van Brabants Landschap blijkt een onderhoudende en buitengewoon snelle spreker. En ook een met zeer uitgesproken opvattingen: "De enige echte effectieve natuurbescherming is actieve verwerving van gebieden, en deze vervolgens openstellen voor het publiek. Hij ziet weinig heil in particulier natuurbeheer. "Anders krijg je allemaal gedoe als met schaliegas." De zaal applaudisseert instemmend.

Schaliegas fraccen vindt Van Wijmen een "buitengewoon slechte winningsmethode". En het afgebroken polderoverleg erover acht hij weinig effectief. "Concrete rechtszaken zijn beter. Dan kun je gewoon zeggen: van mijn land af. In Amerika ben je als grondeigenaar ook eigenaar van de delfstoffen die in de grond zitten. Hier in Nederland ben je ze eigenlijk gewoon kwijt."

Brabants Landschap wordt wel de grootste boer van Brabant genoemd maar dat vindt Van Wijmen niet terecht. "We bezitten slechts 3 procent van het Brabants grondgebied. Ongeveer 800 hectaren. Tel je Staatsbosbeheer mee, dan kom je tot 6 procent. Niet veel kortom."

Hoe vindt de hoogleraar dat de natuur in Brabant ervoor staat?
Er is veel gebeurd in de laatste tientallen jaren, weet Van Wijmen. Professionele natuurbeheerders hebben veel gebied verworven: het bezit ging van 2.000 naar 16 a 17.000 hectaren. En veel van die gebieden zijn weer met elkaar verbonden.
En om op de vraag terug te komen: "Het gaat niet alleen maar slecht."

Peter van Wijmen woonde in het buitengebied en hoorde de zang van de veldleeuwerik en de nachtegaal. "Daar is allemaal niets meer van over. De biodiversiteit blijft achteruit gaan."

De herintroductie van groot wild? Is hij een voorstander van. "Het everzwijn is een leuk beest. Doet geen mens kwaad. Ze vreten wel gewassen op. Moet je gewoon een regeling op zetten om de boeren te compenseren."

Abnormaliseren
Actieve herintroductie vindt Van Wijmen een ingewikkeld verhaal. "In beginsel horen dieren in Brabant thuis als de gebieden geschikt zijn en als ze van nature hierheen komen. De bever is in 1840 uit de Biesbosch verdwenen. Toevallig is het nu gelukt om ze opnieuw uit te zetten. Maar ik blijf het een twijfelachtige actie vinden. Eigenlijk moeten ze vanzelf komen."

Brabant kent veel boerenland. Hoe kijkt de natuurbeschermer tegen het agrarisch natuurbeheer aan? Vindt hij dat ook een omstreden zaak? De Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur oordeelde kritisch over de effectiviteit.

Van Wijmen wil niet spreken over een fiasco, zoals sommige media deden. "Een goed akkerrandenbeheer kan zeker werken voor kleine dieren en amfibieën. En beken die vroeger 'geabnormaliseerd' zijn geraakt [Van Wijmen bedoelt rechtgetrokken, red.], zijn nu weer genormaliseerd. Hier en daar zie je wel kleine succesjes."

Eén ding flapt hij er spontaan uit, tot hilariteit van het publiek: "De naam Bleker wil ik hier vanavond niet horen! Wat díe man als staatssecretaris kapot heeft gemaakt, en als landeigenaar ook nog zelf aan subsidies in zijn zak heeft gestoken... Een walgelijke vertoning is het geweest. Henk Bleker heeft het natuurbeleid bijna om zeep geholpen. Gelukkig is hij weg."

Haatnatuur
Qua ruimtelijke ordening is de opgave simpel: landbouw is monocultuur, natuur is gevarieerd. "Dus moet je beide scheiden. Kleigebieden en polders zijn in beginsel niet ongeschikt voor agrarisch natuurbeheer, mits binnen grenzen. Maar in de Kempen en op de zandgronden moet de landbouw fiks gas terugnemen."

Het imago van natuurbeschermers heeft te lijden gehad onder de vele procedures die gevoerd zijn, oppert Frans Post. In de media regent het horror stories over stagnerende bouwprojecten vanwege de korenwolf, de woelmuis en de zeggekorfslak.

Van Wijmen herkent het beeld. "Via de Brusselse regelgeving is een systeem ingevoerd dat op zich eenvoudig is. Europa zegt: rode lijstsoorten moeten jullie beschermen als ze zich voordoen in bepaalde aantallen. In Nederland is men daar karig mee omgesprongen. Natuur kwam gewoon te laat in beeld. Eerst verleenden ze de vergunningen, daarna ging men kijken wat er leefde. Dat is dom. Daardoor ging het zo moeizaam voor de ontwikkelaars. En daarom is de natbescherming in het verdomhoekje gekomen."

Maar klopt het beeld ook niet? Zit Nederland per saldo niet op slot. Worden we niet gegijzeld door juristen, aangejaagd door biologen. Hoe moeten we die trend naar haatnatuur keren?

Heel eenvoudig, zegt Peter van Wijmen. "Gewoon door het enthousiasme voor natuur weer terug te brengen tussen de oren van de mensen. Ga naar buiten met schoolkinderen. Gisteren zag mijn kleinkind voor het eerst een pad in de tuin. Het was dolgelukkig. Verder is het een kwestie van kiezen. Als je bestaande natuur sterker maakt, kun je elders ontwikkelingen mogelijk maken. Dan haal je de polarisatie eruit."

Natuur is gemonopoliseerd geraakt door biologen en juristen. Daardoor is natuurbescherming een elitaire zaak geworden. Denkt Peter van Wijmen dat ook de voetbalsupporter voor de natuur te winnen zal zijn? Waarom niet, luidt de wedervraag. Hij ziet in het Mastbos bij Breda, in het weekend tienduizenden mensen fietsen, wandelen en joggen. "Die mensen ruiken, voelen en beleven de natuur. Ik denk dat hieronder ook NAC-supporters zijn."

Korhoender
Veel natuur is verloren gegaan door landbouw. Heeft hij als natuurbeschermer een hekel aan boeren? Het tegendeel blijkt waar. De boeren zijn er om te blijven in Brabant: "Zestig tot vijfenzestig procent van het buitengebied is in handen van boeren. Dat is exclusief het eigendom van de natuurorganisaties en exclusief de landgoederen. Het is ondenkbaar om al dat gebied te laten beheren door natuurbeheerders. Bovendien, de landbouw is ook belangrijk voor ons eten. En zo hebben alle landschapselementen hun nut. Dijken, lanen, wegen en, beken, ze zijn allemaal belangrijk."

Heeft Peter van Wijmen nog ideeën voor Tilburg? Het antwoord komt prompt: "Aan de noordoostflank ligt een groot volume aan grond en water. Daar is een prima verbinding te realiseren met de Loonse en Drunense Duinen. Je hoort nu weinig meer over die plannen. Vroeger had je hier goede initiatieven als de Groene Mal..."

Een bezoeker uit Goirle vraagt tot slot aandacht voor de zuidflank. Hij betreurt dat de korhoender verdwenen is. Terwijl hij toch echt te vinden was. Zouden we niet kunnen proberen om het dier weer uit te zetten?

Brabants Landschap heeft inderdaad zijn best gedaan om het beestje terug te brengen. Het stelt echter hele hoge eisen aan zijn biotoop. "Het lukt bijna nergens, besluit Van Wijmen. "Er zijn nog wat kleine populaties in Salland. Het gaat heel moeilijk, om niet te zeggen dat het bijna ondoenlijk is."

Waarmee de onvermoeibare natuurbeschermer een amusant gesprek afrondt.

 


Volgend artikel: Sanering Van Gend&Loos-terrein

Peter van Wijmen

Peter van Wijmen

Peter van Wijmen


Foto’s: Wendy Presser

Verslag: Hans van den Berk